maandag 10 maart 2014

Boefje

 
Nee Boef, dit Elfen-mannetje is niet voor jou.....
 

Ongeveer 5 of 6 jaar geleden kwam steeds weer dezelfde kat in onze tuin, die ik min of meer ingericht had voor vogels. Want ik ben dol op vogels. Elke keer hebben we de kat weer weggejaagd. Maar hij bleef terugkomen. Op een dag werd ik zo nijdig (een paar dagen daarvoor had hij een duif te pakken), dat ik de tuinslang op hem heb gericht. Geloof me, ik hou van dieren, heel veel. Heb vroeger ook veel huisdieren gehad inclusief katten. Ik vond het niet leuk om te doen maar ik wilde hem voorgoed uit mijn tuin hebben.
De volgende dag regende het en toen ik naar buiten keek zag ik die kat in de tuin liggen slapen, in de regen. Hij leek zo eenzaam en kwetsbaar. Toen brak er iets in mij; hier moet ik iets mee, dacht ik.
Die kat heeft misschien helemaal geen thuis en weet dat hij HIER moet zijn. Ik ging naar buiten en bleef een paar meter bij hem vandaan staan en probeerde contact met hem te maken door tegen hem te praten. Hij keek me aan en raakte me heel diep. 
Weer terug in de warme droge huiskamer voerde ik een enorme innerlijke strijd met als resultaat de conclusie: die kat heeft mij nodig (of ik hem?)en ik ga voor hem zorgen.
Dag lieve vogels, ik heb onwijs veel van jullie genoten, maar nu is het kattentijd.
 
Zo is mijn relatie met Boefje begonnen. Soms noemen we hem ook Tijger, want hij is een wilde kat (of verwilderd) en heeft soms de loop van een Tijger.
Het heeft 1 1/2 jaar geduurd voor dat ik hem aan kon raken. Al die tijd gaf ik hem te eten onder een afdak bij de garage. Ook had ik een slaapplaats voor hem ingericht. Mijn man en ik konden nooit dicht bij hem komen, dan vloog hij alle kanten op.

Toch verlangde ik erna hem aan te raken. Op een goede dag ging ik in de hurkzit op het terras waar hij ook was. Ik deed mijn ogen dicht en wenste mij dat hij heel dicht bij me zou komen. Voilà , mijn wens werd verhoord: hij kwam tegen me aan en ik was dolgelukkig. Vanaf dat moment kon ik hem steeds vaker op die manier benaderen; en mocht ik hem na verloop van tijd zelfs aaien zonder dat hij verschrikt wegrende. Maar nog steeds moeten we ons heel behoedzaam bewegen als hij in de buurt is. Even snel dit en snel dat kan hij niet verdragen. Oud en Nieuw met al die knallen is traumatisch voor hem. Dan zie ik hem dagen niet, geen idee waarheen hij zich dan verschuilt.
Een keer heb ik hem opgetild en dat heb ik geweten: mijn hele arm werd opengereten. Dat doe ik dus nooit meer.

Ja, het is een mannetje. Hoe oud, weet geen mens. Maar dat doet er ook niet doet. Het is een sterke, stoere kater die zich wel af en toe door andere macho katers laat intimideren. En hij knuffelt ontzettend graag. Inmiddels komt hij ook binnenshuis. Voor heel even maar. Dan wil hij knuffelen of iets lekkers halen. Het knuffelen gaat als volgt: ik ga op de bank met een kussen of deken over mijn benen, want hij heeft nooit geleerd om zijn nagels in te trekken als hij contact met mensen heeft. Dan komt hij voorzichtig op mijn schoot zitten om vervolgens helemaal in mijn oksel te kruipen. Op die manier voelt hij zich het meest geborgen. Maar dat houden we beide niet zo lang vol. Met aaien moet ik wel voorzichtig zijn maar het is tot nu toe altijd goed gegaan.

Ik noem hem sterk en stoer omdat hij het hele jaar door buiten leeft. Weliswaar heeft hij een slaapplek in de garage waar de deur altijd open is maar dat was drie jaar geleden toch wel even andere koek. Toen hebben we 1 1/2 jaar in een ander dorp gewoond omdat we dachten dat ons huis verkocht was. Maar de potentiele koper kreeg tot twee keer aan toe geen hypotheek. Van onze makelaar hadden we groen licht gekregen om te gaan verhuizen (gelukkig naar een huurhuis) en dat deden we dan ook. Maar het feest van de verkoop ging dus niet door. Naar 18 maanden zijn we weer terug verhuisd naar ons huis.

Al die tijd is Tijgerboef op ons oude adres blijven wonen, meenemen was geen optie; hij is enorm aan deze plaats gehecht. Trouwens, ik zou echt niet weten hoe ik hem moest pakken en meenemen, dat zou niet gaan zonder verdoving. En in de nieuwe woning kan hij niet binnen. Buiten kent hij niet. Elke verhuizing is voor katten een regelrechte ramp en vol stress.
Een buurvrouw heeft hem met eten verzorgd. Toen was het bitterkoud (ik geloof dat het zelfs - 27 gr. werd) in de winter en de garagedeur was dicht. Zodra het weer het toeliet ben ik toch naar het huis gegaan om die garagedeur open te doen en zijn slaapplaats daar weer te plaatsen (in plaats van onder het afdak). Omdat hij onder die omstandigheden kon leven en daar bleef wonen, vind ik hem zo ongewoon sterk en stoer!
Misschien wist hij wel dat we terug zouden komen. Ik ben heel trots op hem!
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten